Een samenleving van doorgevers

Terwijl dit kabinet zich als een dronken chimpansee vol trots op de borst roffelde met de mededeling dat dit het groenste kabinet ooit is, heeft de milieubeweging zich gisteren teruggetrokken uit het klimaatakkoord wat vandaag gepresenteerd zal worden. 

De industrie wordt de hand boven het hoofd gehouden, vinden de organisaties onder wie ook Milieudefensie en Natuur & Milieu. In het akkoord is een ‘bonus-malusregeling’ opgenomen. Vervuilende bedrijven die niet genoeg vergroenen moeten ruim 40 euro per niet-vermeden ton CO2 in een fonds storten. Daaruit worden weer subsidies betaald aan bedrijven die wél hun best doen.

De regeringsfractie’s vinden de houding van de milieuorganisaties (vijf stuks plus het FNV) onrealistisch. Volgens Milieudefensie betaalt de vervuilende industrie niet, maar wordt deze juist gesubsidieerd. Ondertussen berichten de ochtendkranten dat er vandaag een ‘tussenakkoord’ wordt gepresenteerd – een definitief einde van het overleg is het dus kennelijk toch niet.

Geen simpele antwoorden

Het is ingewikkeld. Er spelen veel belangen, ik begrijp dat best. Toch maakt de hebzucht en de expansiedrang van ons als Westerlingen de aarde en een groot deel van haar bewoners kapot. Het probleem is echter dat we dit eigenlijk niet zien. Mijn kinderen zijn bijvoorbeeld opgegroeid in een samenleving waar overdaad de norm is. Probeer dat maar eens fatsoenlijk terug te brengen tot acceptabele proporties. 

Ondertussen klinkt de stem van Greta Thunberg in mijn hoofd. De 15-jarige Zweedse milieuactiviste sprak afgelopen week de UN Climate Change Conference toe in niet mis te verstane woorden:

‘Jullie spreken alleen van ‘groene economische groei’ omdat jullie bang zijn anders onpopulair te worden. Jullie spreken enkel van vooruitgang met dezelfde slechte ideeën die deze puinhoop veroorzaakten, zelfs wanneer aan de noodrem trekken de enige juiste oplossing is. Jullie zijn niet volwassen genoeg om de waarheid te zeggen zoals ze is. Zelfs die last laten jullie aan ons, kinderen, over.’

Haar toespraak werd een viraal filmpje op social media en deed mijn hart sneller kloppen. Maar toen het applaus wegstierf in de zaal in Polen besefte ik: dit verhaal gaat helemaal niets veranderen. Hoe graag ik (en velen met mij) dit ook zouden willen. De god van de markteconomie heeft ons en onze leiders in zijn dodelijke greep. En als de laatste bossen zijn gerooid, de laatste zeedieren zijn gestorven en de aarde volledig is uitgeput zullen we beseffen dat we de verkeerde god hebben gediend. Maar dan zal het te laat zijn. 

Een samenleving van doorgevers

Ik denk even terug aan mijn ontmoeting met Edy Korthals Altes die zei: “De tijd van optimisme of pessimisme is voorbij. Maar ik geef niet toe aan doemdenken, dat nooit. Ik kan daar zo uitgesproken over zijn dankzij mijn overtuiging dat de ­wereld in Gods handen ligt. In zijn wereld zijn wonderen mogelijk, kunnen exceptionele mensen plots opstaan”.

Ik ben zoekend in een wereld vol tegenstellingen. Het is eenvoudig om aan te geven hoe het niet moet, maar hoe moet (of liever gezegd: kán) het ook? Welke levensstijl is vreugdevol, creatief en aanstekelijk en laat iets zien van een glimp van die andere wereld? Volgens Shane Claiborne en Chris Haw in hun geweldige boek “Jesus for president” is de grootste zonde van politieke verbeeldingskracht, te denken dat er geen andere manier van leven is behalve het smerige rotte systeem dat we vandaag hebben. 

Waar zit de achterdeur van het neoliberale denken? Waar begint er licht te schijnen aan de horizon? Hoe kunnen christenen kleine bakens van hoop vormen in een zee van duisternis? Ik schaar me achter Peter Maurin, een van de oprichters van The Catholic Worker beweging, als hij zegt: “Ik wil een verandering – een radicale verandering. Ik wil een verandering van een overlevingsmaatschappij naar een functionele samenleving, van een samenleving van doorzetters naar een samenleving van doorgevers”.

Want laten we eerlijk zijn, als mensen gezamenlijk iets kapot kunnen maken betekent dat ook dat we gezamenlijk iets kunnen bouwen.