De genade oprekken

Mug

Ik krijg die zin niet uit mijn hoofd. Hij zoemt rond als een vervelende mug die me niet met rust laat. Onder het werken komt deze zin steeds weer even op mijn schouder zitten. Hij stoort me, zet me in brand en maakt mijn hart zwaar. De zin ontstond uit een dialoog op Facebook over een zin die Joël McKerrow uitsprak tijdens de opening van het Gracelandfestival: “You are not broken because you are gay. We are all broken because we are human”. 

De zin raakte me net als de vriendelijke en hartelijke persoonlijkheid van Joël zelf. Natuurlijk besef ik dat het een citaat is uit een veel groter gedicht en dat de context ontbreekt. En zo’n zin schreeuwt natuurlijk om een reactie. Die reacties volgden dan ook. Begrijpelijk want seksuele gerichtheid en alles wat daarmee samenhangt is nog steeds een punt van discussie in de kerk. Toch raakte in ongewild betrokken in een discussie die ik helemaal niet wilde. Over dat zonde gewoon zonde genoemd moet worden en dat we als gelovigen gewoon duidelijke kaders moeten hebben. De schoonheid van het gedicht brokkelde langzaam af.

Oprekken

En ineens was hij daar. De zin die de hele morgen al om mijn oren zoemt en niet wil verdwijnen voordat ik er wat woorden aan heb gewijd. De zin luidde: “Dan rek je de genade wel heel erg op”. Een rechtse directe had me eerlijk gezegd niet harder kunnen treffen dan deze zin. En ook dat had te maken met context. Ik heb de afgelopen vijf dagen opgetrokken met oprechte zoekers, met sinners & saints, mensen met rafelrandjes, worstelingen, geloof, hoop, verwachting, verdriet en pijn. Mensen zoals jij en ik. En het verwarmde mijn hart.

De zin stak me als een Stanleymes scherp in mijn huid. Wij mensen hebben liever lijstjes en grenzen, muren en kooien. Liever helderheid dan verwarring, we leven eenvoudiger binnen het wetboek dan in de naakte vrijheid van Gods schandalige genade. Die vervloekte en onberekenbare genade die alle lijstjes overbodig maakt. Genade die haar hand uitstrekt naar wat vuil en smerig is. Naar wat zondig en onrein is. Genade die zondaren tot erfgenamen kroont en moraalridders het zwijgen oplegt.

De klootzak in mij

Het Stanleymes woelde mijn ziel om. Ik werd verdrietig en boos en voelde dat mijn eigen genade tekort schiet. De zin legde de klootzak in mij bloot en liet me zien hoe genadeloos ikzelf kan zijn. Maar dat is niet hoe ik wil leven. Als ik iets uit de Bijbel leer dan is het dat genade gemaakt is van dat goddelijke materiaal wat wij niet op onze aarde aantreffen. Flexibel, buigzaam en altijd groter dan wij mensen kunnen bevatten. Zoals Philip Yancey scherp opmerkt in zijn schitterende boek “Genade wat een wonder”: “Wij allen in de kerk hebben “door-genade-genezen-ogen” nodig om het potentieel in anderen te zien voor dezelfde genade die God ons zo rijkelijk heeft geschonken”.

Genade. Ontvangen en doorgeven. Dat is het ritme! Stromend als water, stromend als het bloed van het Lam. Voor jou, voor mij, voor allen. Rekbaar als het meest flexibele elastiek ter wereld. Genade kan nooit afgedwongen worden, slechts ontvangen. Maar wie zelf genade heeft ontvangen kan volgens mij niet anders dan genadig leven. Weggebroken muren, platgetreden hekken, overbrugde kloven. Van God naar ons naar de ander. Als een waterval zonder einde. Stomend met klaterende lach van een God die genade oprekt omdat dat Zijn karakter is. Simple as that. 

Graceland overal

Het thema van het Gracelandfestival was “Graceland overal” de eerste van een mooie drieluik. Je ogen openen voor genadeplekken of genademensen om je heen. Vooral omdat we zelf die genade steeds nodig hebben (dank Nadia!), maar ook omdat onze ogen soms moe zijn van het zien van onrecht, genadeloosheid en strijd. Kijken, delen en oprekken. Ik geloof dat jij en ik met zijn allen bij elkaar genade niet zo ruim kunnen oprekken zoals God dat doet in Jezus. God gaat absurd ver. Veel verder dan jij en ik soms zouden willen. En toch gebeurt het.

Ik ga ermee aan de slag. Met die opdracht rondom Graceland overal. Kijken of God echt zo genadig is als ik geloof. Of er een moment komt dat Jezus tegen me zegt: “Jan, wat die genade van mij betreft heb je wel schromelijk overdreven”. Maar als ik eerlijk ben verwacht ik dat die dag nooit zal komen. Ik ga de zin tot zwijgen brengen en in mijn woonplaats meebouwen aan een plaats waar werkelijk iedereen welkom is. Open, zonder oordeel en vol geloof dat genade alles nieuw maakt. Genade die je laat huilen omdat je het zelf niet verdient, die je laat huilen omdat er zo verschrikkelijk veel van is! Absurd veel zelfs…







Zie hieronder de video van het prachtige gedicht als afsluiting van het Gracelandfestival 2019. De eerste zin ontbreekt en luidt: “I know a man”. De video is gemaakt door Marjon Letter en zowel Marjan als Joël zijn akkoord met de plaatsing van deze video. Enjoy!

Check Joël’s website:
www.joelmckerrow.com